Tjibbe Tjabbes’ wereldreis

Omslag Tjibbe Tjabbes’ wereldreis

Omslag Tjibbe Tjabbes’ wereldreis

Gebonden boek
Prijs € 12,00 incl. verzendkosten
Uitgeverij Van Goor (2008)
vanaf 10 jaar
Lees verderBoek bestellen

Professor Tjibbe Tjabbes redt de dieren bij de Nieuwe Zondvloed.

Waar gaat het boek over?

Twee rijke kooplieden geloven dat er een nieuwe Zondvloed komt. Ze vragen professor Tjibbe Tjabbes de nog niet ontdekte dieren van de wereld te zoeken. Tjabbes gaat met het schip De Griffioen op reis en ontdekt de meest vreemde beesten. Hij beschrijft ze in zijn Journaal en in Het Handtboeck Uijtsonderlijcke Beesten van het Aertrijck.

Wat voor soort boek is het?

Het boek speelt in 18e eeuw. Het is dus eigenlijk een historische roman in het deel waarin de professor zijn reis beschrijft. Maar Tjibbe Tjabbes maakt ook een boek over de dieren. Dat lijkt een boek over de werkelijkheid (non-fictie), maar het zijn fantasiedieren. Dus: fictieve non-fictie.
Tjibbe-tjabbe-Blauwe-waterstier

Wil je nog wat bijzonderheden?

  • Het verhaal van de (eerste) Zondvloed vind je in de Bijbel: Noach redde de dieren in de ark en God liet het daarna veertig dagen regenen. Het boek verwijst ook nog naar andere grote gebeurtenissen: bijvoorbeeld naar Darwins reis om de wereld met het schip De Beagle.
  • Fiel van der Veen heeft de kleurenillustraties voor dit boek gemaakt. Hij speelt zelf ook een rol in het boek. Als tekenaar Fiel Venius reist hij met de professor mee om tekeningen van de ontdekte dieren te maken.
  • Het motto van het boek is: Niets in dit boek is waar en zelfs dat is niet waar. Dat is een uitspraak van de Nederlandse schrijver Multatuli. Niets is in het boek waar, maar als die uitspraak ook niet waar is, is er dus weer iets wel waar. Wat moet je daar nu van denken? Wat zou bijvoorbeeld wel waar kunnen zijn?

Opdrachten en vragen over het boek

Heb je het boek gelezen en wil je een opdracht of een vraag?
vraag

Een serieuze vraag over het boek

Waarom nam Tjibbe Tjabbes een tekenaar mee op reis?

Omdat het fototoestel nog niet uitgevonden was.

Een serieuze vraag over het boek

Achter in het boek staat een kaart met de reis van De Griffioen in de buurt van Borneo. In een atlas van nu zie je dat de situatie anders is. Hoe komt dat?

De wereld was in Tjabbes tijd nog niet helemaal in kaart gebracht. De oude kaart is wel echt, maar het eiland Taratawi is verzonnen en er door Fiel bij getekend.

Leesproef en recensies

Hieronder extra informatie over het boek. Je kunt een stukje lezen en soms worden er recensies over het boek getoond. Klik op een titel en de informatie zal zichtbaar worden.

Leesproef – leesfragment hoofdstuk 3

Schipper Hotze Horzelkaak
Het zoekgeraakte oor van de kapitein
Een week na het gesprek op de Keizersgracht reisde TjibbeTjabbes naar Enkhuizen. Hij nam daar zijn intrek in de herberg De Meermin en maakte diezelfde avond nog kennis met de kapitein van De Griffioen. Dat was even wennen voor degeleerde uit Leiden! Horzelkaak was een heel andere man danTjibbe Tjabbes: groot, sterk, iemand met een zware stem en een baard. Hij nam direct de leiding en bestelde een voedzame maaltijd: bonen, vlees, brood en bier.

De griffioen

De griffioen

Ze zaten in De Meermin voor het raam en konden De Griffioen in de haven zien. Een prachtschip met drie masten en veel zeil. Timmerlieden waren bezig het klaar te maken voor de wereldreis. Het boegbeeld had al een nieuw verfje gekregen en achter op de spiegel werd een griffioen geschilderd.
‘Ik vaar u naar alle hoeken van de wereld, professor,’ zei Horzelkaak, ‘en u zoekt de beesten voor de heren Gotfried en Deodaat. Daar bemoei ik me verder niet mee. Maar we zullen wel wat afspraken maken.’
Tjibbe had al gauw door dat Horzelkaak niet hield van kletsen voor de gezelligheid. Als er gepraat moest worden, dan het liefst tijdens de maaltijd. Zo verloor je in ieder geval geen tijd.En dan moest de ander ook niet te veel vragen stellen of opmerkingen maken. Dat vond de schipper ook maar lastig.
‘Allereerst moeten we weten waar u precies heen wilt,’ zei Horzelkaak.
Hij veegde met zijn arm wat borden opzij en rolde op de tafel een kaart van de wereld uit. Tjibbe moest aanwijzen welke plaatsen hij wilde bezoeken. Horzelkaak zette daar kruisjes op de kaart. Toen rolde hij het papier weer op en schudde de broodkruimels uit zijn baard. Hij vertelde dat hij de route ging uitwerken, drukte de professor de hand en verdween.
Tjibbe bleef drie dagen in Enkhuizen. Overdag bezocht hij De Griffioen en ’s avonds at hij met Horzelkaak in De Meermin.Ze spraken over de zaken waarover gesproken moest worden: de kooien voor de dieren, het laboratorium van Tjabbes benedendeks, het diervoedsel dat Horzelkaak moest inslaan.En daarna verdween de kapitein weer snel. Geen grapjes, geen kletspraat, geen nieuwtjes.
Die hoorde Tjibbe wél van de waard. Wist de professor bijvoorbeeld dat Horzelkaak zijn leven lang op zoek was naar de blauwe waterstier? Dat hij het zeemonster al vaak had gehoord, maar nog nooit van heel dichtbij had gezien? Dat die dekselse kapitein de goudvloot van Turkse zeerovers had onderschept en de schatten naar Nederland had gebracht? Bij die gelegenheid had een kogel zelfs zijn linkeroor weggerukt.
‘Maar wie maalt er bij zo veel geld om een oor meer of minder!’
zei de waard en hij lachte uitbundig. ‘Mijn beide oren voor een pot goud!’
Tjibbe Tjabbes was veel te ernstig om te kunnen lachen om zulke grapjes.
‘Kent u verhalen over de waterstier?’ vroeg hij nieuwsgierig.
‘Kunnen we het beest vangen, denkt u?’
En toen kon de waard ineens niet meer lachen. Hij dronk zijn bierkroes leeg en veegde schuim uit zijn snor.
‘Spot nooit met het beest,’ bromde hij. ‘En blijf uit de buurt.
Het is een verschrikkelijk dier, professor.’

Het Juryrapport van De Gouden Uil 2009

‘Harm de Jonge verhaalt de achttiende-eeuwse boottocht van professor Tjibbe Tjabbes, die op vraag van twee rijke kooplui een resem onbekende dieren van de zondvloed gaat redden. Echo’s van Noach en Darwin reizen met de geleerde mee, maar de Jonge ruimt vooral baan voor zijn eigen fantasie, veelzijdigheid en taalkracht: Tjibbe Tjabbes’ wereldreis is een onweerstaanbare mix van historische roman, scheepsjournaal, dierenencyclopedie en avonturenroman.
Deze tot in zijn uiterste consequenties volgehouden hoax presenteert een onvergetelijke beestenboel, van de kraagpaddo tot de penduulgoeroe. De Jonge verzon niet alleen een nieuwe fauna, maar ook een nieuw genre: onder het Multatuli-motto ‘Niets in dit boek is waar en zelfs dat is niet waar’ muntte hij fictieve non-fictie.’

Recensie – Trouw 25/10/2008

‘…Vissers ontdekken een scheepswrak dat door de storm is blootgelegd. Onderzoek wijst uit dat het schip in 1774 onder gezag van kapitein Horzelkaak uit Enkhuizen vertrok. Het blijft een raadsel wat ermee gebeurd is, tot er  bij de bouw van een strandhotel op Taratawi een kistje wordt opgegraven. Daarin vindt men het ‘Journael’ van de Leidse professor Tjibbe Tjabbes, die twee jaar met Horzelkaak over de wereld reisde. Ook zijn onvoltooide manuscript Het Handtboeck Uijtsonderlijcke Beesten van het Aertrijck zit in het kistje.
Deze belangwekkende archeologische vondst had vorig jaar met gemak de televisiejournaals kunnen halen. Ware het niet dat niemand ooit gehoord heeft van professor Tjabbes.
Het verhaal is met groot, leesbaar plezier verzonnen door Harm de Jonge. Hij baseerde Tjabbes’ avontuur losjes op het Bijbelverhaal over Noach en de reis die Darwin in de negentiende eeuw maakte met het zeilschip ’De Beagle’. De Jonge presenteert zijn zogenaamde onderzoek zo levensecht, dat je toch begint te twijfelen of het misschien waargebeurd is. Juist daarom is dit zo’n verrukkelijk verhaal.’

Recensie – De Volkskrant 04/07/2008

‘Op wereldreis met Tjibbe Tjabbes en Hotze Horzelkaak’
‘De pantsergloep, de zeilsnijder, de molochtiet en de zingende wrattenbeer: Harm de Jonge vroeg zich als kleine jongen al dikwijls af hoe bootbouwer Noach al die soorten heeft gered, die in de oudheid nog niet bekend waren. Of zijn die allemaal uitgestorven?
Omdat bij een nieuwe zondvloed te voorkomen, gaat in 1774 het fregat De Griffioen op wereldreis, met aan boord de beroemde 18de-eeuwse professor Tjibbe Tjabbes uit Leiden. In Tjibbe Tjabbes’ wereldreis worden zijn avonturen beschreven, met wetenschappelijke onderbouwing en nauwgezette tekeningen.
‘Niets in dit boek is waar, en zelfs dat is niet waar’, is het motto op de eerste bladzijde, vrij naar Multatuli, en dat belooft wat. Trouw aan de traditie van het teruggevonden dagboek schrijft De Jonge heerlijke leugenliteratuur, een van de mooiste klassieke genres die er bestaat.
De zondvloed was al eerder een thema in zijn werk, zoals in de Gouden Golf (Van Goor, 2004), maar nog niet eerder schreef De Jonge er zo spannend over. En al helemaal niet in een boek dat dusdanig prachtig uitgegeven is, dat je het eigenlijk niet kunt maken om het niet te kopen.’
Door Pjotr van Lenteren
Aanvulling: Tjibbe Tjabbes’ wereldreis nu nr. 1 in de Volkskrant Top 10  (27 november 2008)

Recensie – Kidsweek juni 2008

‘Ware verzinsels – Avonturenboeken, historische verhalen, fantasy, wie denkt dat hij alle soorten boeken wel kent, heeft de nieuwe Harm de Jonge nog niet gelezen.
Godje spelen, er is weinig leuker dan dat. Je hebt er niet veel voor nodig, een tomeloze fantasie is al genoeg. Daarna kan het verzinnen beginnen: landen met exotische namen, vreemde volken, fabelachtige dieren. Meestal weet je van te voren of een boek verzonnen is of echt gebeurd. Het is fictie of non-fictie, daartussen loopt een strenge scheidslijn. Harm de Jonge heeft maling aan scheidslijnen. Hij klutst waarheid en verzinsels vrolijk door elkaar en verzon een heel nieuw soort boek.  Die tekeningen, de wetenschappelijke beschrijvingen van de dieren, de fragmenten uit Tjibbes journaal – je kunt lang piekeren wat daarvan nu waar is en wat niet. Je kunt het ook niet doen en je verwonderen over de tomeloze fantasie van Harm de Jonge en tekenaar Fiel Venius.’
Door Joukje Akveld

Tjibbe Tjabbes’ wereldreis Uitgever: Van Goor, 2008. Illustraties: Fiel van der Veen.
134 pagina’s. Vanaf 10 jaar.
U kunt het boek bij ons bestellen voor € 12,00 incl. verzendkosten.
Boek bestellen