De liefste vraag

omslag De liefste vraag

omslag De liefste vraag

Gebonden boek
Uitgeverij Lannoo (2006)
Vanaf 5/7 jaar
Lees verder

De vogels in het bos zoeken de belangrijkste vraag van de wereld.

Waar gaat het boek over?

omslag-De-liefste-vraagOele Uil bewaarde altijd alle vragen van de vogels. Maar nu Oele dood is zijn die vragen zoek. Ook de belangrijkste vraag van de wereld is weg. De vogels van het bos gaan op zoek. Ze vinden de rare vraag, de domme vraag, de kleine vraag, de moeilijke vraag en nog heel veel andere vragen. Maar waar is toch de belangrijkste vraag? Eindelijk vinden ze hem, maar is de belangrijkste vraag nu ook meteen de liefste vraag? En is de liefste vraag misschien de verlegen vraag van Nachtegaal? Duif weet het antwoord!

Wat voor soort boek is het?

De liefste vraag is een boek voor iedereen: voorlezen vanaf 5 jaar, zelf lezen vanaf 7 jaar en ook heel geschikt voor volwassenen.

Wil je nog wat bijzonderheden?

  • De vogels uit Het Vliegfeest komen in dit tweede Duif-boek terug, maar er zijn ook nieuwe vogels, zoals Oele Uil en Kasper Kraai.
  • Op elke bladzijde staat een kleurenillustratie van Noëlle Smit.

De-kleuren-van-Picasso-Pauw


Opdrachten en vragen over het boek

Heb je het boek gelezen en wil je een opdracht of een vraag?
vraag

We doen de hele dag niets anders dan vragen stellen

Hoe oud ben jij? Wil je een kopje thee? Hoeveel poten heeft een duizendpoot?
Is de zon van vuur? Het mooiste is om bij De liefste vraag een gesprek te houden over vragen. Dat gesprek kan volgen op het
(voor)lezen of eraan voorafgaan. Suggesties:

  • bedenken jullie eens een vraag.
  • hoe/waar vind je het antwoord op een vraag?
  • er zijn blijkbaar verschillende soorten vragen? (zie ook blz. 23 in het boek)
  • we maken een indeling van vragen en rubriceren onze vragen.
  • waarom is de domme vraag van Ebbe Eend zo dom?
  • wat zou jij de belangrijkste vraag van de wereld vinden?
  • kun je ook een lieve vraag in mijn oor fluisteren?
  • waarom was Florence Nachtegaal zo verlegen? Wie kan ook een verlegen vraag stellen?
  • alle kinderen schrijven een vraag op een briefje. Pak een briefje en geef een antwoord.

creatieve opdrachten

  • maak van wc-rollen snavels en beschilder ze. Knip vogels uit: zie binnenkant omslag.
  • zoek een leuke of heftige passage en laat de kinderen (met een snavel voor) een stukje spelen.
    Bijvoorbeeld: Sperwer zit boven het bos! Oei, speel jij eens boze Kraai.
    Wij gaan net als de vogels op schoolreis door de school/het huis. Wat nemen we mee?
  • zing een vogellied (kijk in een vogelboek naar de geluiden die vogels maken of probeer een cd met vogelgeluiden te laten horen en maak van de geluiden een liedje. Duu-duu-sjoek-sjoek, enz.)
  • we zetten een vogelproject op. Een tentoonstelling van tekeningen, gevonden veren, platen en boeken over vogels, een opgezette vogel misschien. Vogels op luciferdoosjes (zwaluw) en andere producten.
  • welke vogels zien we bij het huis, bij de school? Vogelkastjes en voedertafels.

Zie ook de tips bij Het Vliegfeest

Leesproef en recensies

Hieronder extra informatie over het boek. Je kunt een stukje lezen en soms worden er recensies over het boek getoond. Klik op een titel en de informatie zal zichtbaar worden.

Leesproef – leesfragment hoofdstuk 1

Hoofdstuk 1: Vandaag is bijna vroeger.
De rare vraag
De zon stond laag. Er kroop al wat duister door het bos. Duif en Mees zaten naast elkaar in de berk. Ze aten een bes en keken naar het avondrood.
‘Vandaag is al weer bijna vroeger,’ zei Duif. ‘Ik ga alvast aan morgen denken.’ ‘Als het laat is moet ik juist aan vroeger denken,’ mompelde Mees.
Er viel een blad uit de boom. Ver weg in het bos begon Nachtegaal te zingen. Pauw riep Pioei, pioei. Het klonk alsof er verdriet in zijn kop zat. Mees dacht aan de tijd dat hij nog klein was. ‘Als je jong bent hebben de vragen nog geen antwoord,’ dacht hij. ‘Maar ‘s avonds komt je vader bij het nest. Dan kun je alles vragen wat je die dag niet begrepen hebt.’
‘Vaders weten alles van de wereld, Duif.’
‘Moeders zijn ook niet gek,’ vond Duif.
‘Dat is zo,’ zei Mees, ‘maar vaders hebben altijd een kop vol antwoorden.’
Mees knapte een bes doormidden. Er spatte wat sap op zijn snavel.
‘Ik zou wel willen dat het even weer vroeger was, Duif.’
‘Vroeger kun je niet meer pakken,’ zei Duif. ‘Maar wat vroeg je vroeger zoal?
‘Nou, gewoon, waarom een ei rond is. Of er in een reigerkop meer vragen kunnen dan in een mezenkop. Dat soort vragen dus.’
‘En dan wist je vader het antwoord?’
‘Hij wist alle antwoorden van de wereld, Duif.’
‘Ook van moeilijke vragen?’
‘Die vroeg hij soms eerst even aan mijn moeder.’
‘Bijzonder,’ zei Duif. ‘Was Oele Uil misschien jouw vader?’
‘Hoe kom je daar nou bij,’ zei Mees. ‘Mijn vader was gewoon Oude Mees.’
Het was een poosje stil. De zon zakte wat verder. In de Duistere Hoek van het bos probeerde Nachtegaal een nieuw wijsje uit. ‘Duu duu tsjoek tsjoek,’ zong ze. ‘De dag is bijna zoek.’ Altijd als Duif haar hoorde kreeg hij een warm gevoel in zijn borst.
‘Het is mooi, als je iemand hebt die je alles kunt vragen,’ zei Mees.
‘Je bent nou groot,’ zei Duif. ‘Dan weet je toch zelf de antwoorden.’
Mees zuchtte. Hij nam nog een bes.
‘Een mezenkop is klein hoor. Niet heel veel groter dan een bes.’
Hij keek schuin omhoog naar Duif en schraapte zijn keel.
oele150web‘Kan ik jou niet iets vragen, Duif?’
‘Natuurlijk, ga je gang.’
‘Het is misschien wel een rare vraag.’
‘Dat ben ik wel gewend, Mees.’
Duif liet de luikjes voor zijn ogen zakken en wachtte op de vraag.
Wat je vandaag vraagt is een vraag,’ zei Mees. ‘Is wat je vroeger vroeg dan een vroeg?’
Duif deed zijn ogen wijd open en schudde verbaasd zijn kop.
‘Dat is zeker een rare vraag,’ zei hij. ‘Een vroeg bestaat niet. Zo praten wij vogels niet. Wat je vroeger vroeg is ook gewoon een vraag. Maar er is wel een ander verschil.’
Duif legde uit dat je het antwoord nog niet weet, als je nu iets vraagt. En op wat je vroeger vroeg weet je het antwoord nu al wel!
‘En verder is het heel eenvoudig, Mees. Hoe meer vroeger een vogel heeft, hoe meer antwoorden er in zijn kop zitten.’
‘Als je heel oud bent weet je dus alles?’
‘Zo is het nou ook weer niet,’ zei Duif. ‘Vogels beginnen met een lege kop. Ze stoppen er in hun leven van alles in. En als ze oud zijn glijdt het er soms ook zomaar weer uit.’
Duif keek snel hoe ver de zon al gezakt was.
‘Ik moet ineens aan iemand denken,’ zei hij. ‘Zal ik je vertellen van de Vogel met de Volle Vragenkop? Dat kan nog net voor we gaan slapen.’

Recensie – LINC

“De grootste verdienste is de manier waarop de schrijver ’taal’ hanteert om al die kwaliteiten en gevoelens, karakters en emoties van al deze Vogelvrienden te beschrijven .De speelsheid en grote eenvoud van vertellen maakt dat dit boek nergens moeilijk of ongrijpbaar wordt, integendeel, het roept ontelbaar veel mogelijkheden op. De laatste zin van het boek is van een ontroerende schoonheid.”
Miet Declercq

Recensie – Kidsweek special

“Een boek vol vogelprietpraat met tekeningen die zó mooi zijn, dat je ze wel zou willen inlijsten”

Recensie – Leesgoed nr. 5

“..wie doorleest ontdekt dat alle vogels hun eigen karakter hebben en dat De Jonge hen ieder als een eigen persoonlijkheid neer zet. Wat in een verhaal uitstekend kan is dat alle soorten zich mengen, dat de nachtegaal verliefd wordt op de duif. Noëlle Smit heeft het verhaal met overduidelijk plezier geïllustreerd met zwierige platen in warme kleuren.”

Recensie – Dagblad van het Noorden

“Opnieuw komt op speelse wijze voor kinderen van zes jaar en ouder een filosofische kwestie aan de orde, dit keer gaat het om een antwoord op ‘de belangrijkste vraag van de wereld’. De Jonge is wederom goed op dreef.”
Joep van Ruiten

De liefste vraag. Uitgever: Van Goor, 2006. Illustraties: Noëlle Smit. 40 pagina’s. Voorlezen vanaf 5 jaar, zelf lezen vanaf 6 jaar.