Zo af en toe kom je een boek tegen waar je een tijdje mee leeft. Zo’n boek als Allemaal willen we de hemel van de Vlaamse schrijfster Els Beerten bijvoorbeeld. Ik las het met onderbreking, niet alleen omdat het 500 bladzijden dik is, ook omdat het boek je aan het denken zet en ik veel terugbladerde om te zien hoe iemand het voor elkaar krijgt om zo flonkerend te schrijven.
Allemaal willen we de hemel is een roman in de traditie van de grote Vlaamse vertellers uit de vorige eeuw. Het gaat over een dorpsgemeenschap in oorlogstijd, waarbij een mijnwerkersgezin met drie kinderen centraal staat. De zoon Jef, de dochter Renée en het ‘mirakelmannetje’ Remi, dat overal buiten wordt gehouden en dan maar met een ‘mirakel’ de onbegrepen problemen oplost. Daaromheen wat anderen, met vooral ruimte voor de vriend van Jef, de saxofoonspeler Ward. Hij wordt slachtoffer van de Duitse propaganda en gaat als SS’er naar het oostfront om te vechten tegen de goddeloze bolsjewieken.
Het is een majestueus boek, dat op veel punten te prijzen valt: nauwgezette research, knappe dialogen, en geschreven in helder Nederlands, met af en toe zo’n prachtige uitschieter uit de Vlaamse vocabulaire. (‘Ik was een platbroek, een schrikschijter van de bovenste plank.’) Het is een spannend boek, omdat er een moord centraal staat. Maar het is veel meer, want het gaat over de keuzes die mensen maken, met als belangrijkste die van Jef en zijn vriend Ward. Heb je de moed om voor de waarheid te kiezen of red je je hachje met een leugen? En voor Ward: Kun je zo groot zijn dat je de schuld op je neemt om de werkelijk schuldige te redden?
Het boek vraagt wel veel van jonge lezers, ook omdat bij het wisselend perspectief vier verschillende personen het woord voeren. Bij een nieuw hoofdstuk duurt het vaak even voor je door hebt welke ‘ik’ er vertelt. Dat was niet nodig geweest en had snel opgelost kunnen worden door de naam van de verteller boven de hoofdstukken te zetten. De sprongen door de tijd worden immers ook met een jaartal aangegeven.
Allemaal willen we de hemel werd genomineerd voor de Gouden Uil Jeugdliteratuur en had die prijs eigenlijk ook moeten winnen. Het gebeurt hoogstens één keer in een decennium dat er een boek als dit wordt geschreven. Sterker nog: het had ook de Gouden Uil voor de volwassen literatuur kunnen winnen, want het is net zo goed een prachtig boek voor volwassenen.
Deze column over Allemaal willen we de hemel van Els Beerten verscheen in mei 2009 in het Dagblad van het Noorden