Een Tolstoi-jas in de Oranjewijk

Een ontmoeting met de jeugdboekenauteur Tjibbe Veldkamp
De Franse kunstenaar Duchamp monteerde een fietswiel op een krukje, signeerde een pisbak en verklaarde het handeltje tot kunst. Zulke absurde ingevingen brengen de Groningse jeugdboekenauteur Tjibbe Veldkamp (1962) nog altijd in vervoering. We zitten in de keuken van zijn woning vlak bij het Noorder Plantsoen. De auteur serveert plakjes worst en vertelt over zijn jeugdroman De Lachaanval. De bokkensprongen uit zijn eigen schooltijd in Groningen vormen daarin het uitgangspunt.

“Die verbijsterende tijd op het Willem Lodewijk! Het was verboden om over de middentrap naar beneden te lopen. Iemand met een academische titel stond er bij om overtreders terug te sturen. Alle grappen in dat boek zijn echt. Een spreekbeurt over Duchamp moest natuurlijk op het toilet beginnen. Bij schoolverkiezingen voerden we volstrekt dwaas propaganda voor een medeleerling. Grappen hielpen mij door die school heen: humor om te overleven.”

Een barre schooltijd dus, maar Veldkamp ontwikkelde zo wel wat zijn handelsmerk zou worden: een ernstige humorist in de jeugdliteratuur. Eerst redacteur bij Donald Duck, daarna auteur van absurde, Roald Dahlachtige verhalen. “Ik schrijf voor alle leeftijden, maar het liefst voor kleuters. Het lijkt zo makkelijk, maar niets is moeilijker dan een goed prentenboekverhaal opbouwen.” Veldkamp verwierf er inmiddels faam mee. Bekroond en vertaald: fantastische verhalen vol tegendraadse figuren. Zoals Tobbe uit Het Schoolreisje, die zijn eigen school op wielen bouwt en er mee op schoolreis gaat. Of de 22 wezen, die geen gevaarlijke spelletjes meer mogen doen.

Nieuw voor 7+ is Pieperds!, een hilarisch verhaal over een bijziend jongetje, dat in Hotel Kier en Gat de muizen redt. “De Grote Baldini heeft een krankzinnige kermismuizenval gemaakt. Hij kan er muizen mee vangen, tot balletjes persen en wegslingeren. Pieperds! is een onzinverhaal, dat lekker doordendert. Ik noem het een humoristische actiekomedie. Het jongetje draagt een bril met één glas, gebarsten ook nog. Hij oriënteert zich op geluiden. Ik wilde er eerst een soort hoorspel van maken.” Het werd een boek waarin de geluiden van sprintende muizen, klingelende deurbellen, bonkende Baldinivoeten in ritmisch dansende letters zijn gedrukt. Ondertussen is Veldkamp al weer met nieuwe boeken bezig. “Er liggen drie prentenboeken klaar. En ik begin aan een 10+boek. Heb je trouwens even: Charlotte komt zo met onze kinderen uit de crèche.”

De vaderinstincten in de auteur roeren zich. We gaan op het muurtje voor zijn huis zitten. Zijn ogen zoeken een zwaar met peuters beladen fiets. De auteur en vader oogt ineens wat breekbaar in zijn hooggekraagde jas. Alsof er een Russische verteller uit een vorige eeuw in de Oranjewijk is neergestreken. Er is nog net tijd voor de verboden vraag. Of de contouren van dat nieuwe werk al zichtbaar worden? “Er komen wasknijpers en een brilkoker in voor,” zegt hij en veel meer wil hij niet kwijt. Maar de locatie zal zeker weer te herkennen zijn. En dat is een prettige bijkomstigheid voor de promotors van Groningen. Veldkamps boeken zijn al in 10 talen vertaald. Tot ver buiten Europa kennen ze nu de watertoren in de Herman Colleniusstraat en het Willem Lodewijk Gymnasium. Rusland blijft nog achter, maar als ze Veldkamps Tolstoi-jas zien komt daar gauw verandering in.

De Groningse auteur Tjibbe Veldkamp is vooral bekend door zijn prentenboeken. Maar dit jaar nog zal er in de Kidsbibliotheek ook weer een boek voor oudere jeugd verschijnen. Harm de Jonge interviewde hem enige tijd geleden. Het interview verscheen in Het Dagblad van het Noorden. September 2006